BEwerken ONLINE

‘Niets is afval, tenzij...

Ruim een jaar geleden  is in een kamerbrief aangekondigd dat het Landelijk afvalbeheerplan (LAP3) zal worden opgevolgd door een Circulair materialenplan (CMP1).

Het beleid voor veilige en hoogwaardige verwerking van afvalstoffen in Nederland is opgenomen in het LAP3. Een circulaire economie vraagt echter niet alleen om goed afvalbeheer aan het eind van de keten. Met het CMP in het vooruitzicht, zal er meer zwaarte komen te liggen op hergebruik en preventie, wat van essentieel belang is voor een circulaire economie.   Daarnaast moet het CMP een stevigere juridische basis krijgen, zonder flexibiliteit te verliezen, zodat het vaker direct juridisch bindend is. Het CMP heeft als doel innovatie voor een circulaire economie te stimuleren door ambitieuze normen vast te leggen, maar bedrijven ook uit te dagen of belonen om beter te presteren dan deze minimumstandaard voor verwerking van afval.

Het ministerie heeft van 16 juni tot en met 17 juli 2021 via een enquête de inbreng gevraagd van bedrijven en overheden voor de ontwikkeling van dit nieuwe plan. Via deze enquête heeft het ministerie breed de eerste input opgehaald voor het CMP. In totaal is de enquête CMP ingevuld door 131 respondenten, waarvan 37% uit recyclingbranche. Zij vertegenwoordigen naast andere bedrijven vanuit de bouw en maakindustrie ongeveer de helft van het totaal aantal respondenten.  

Uit de enquête kwamen 2 onderwerpen naar voren die volgens de respondenten het belangrijkste zijn voor de verdere ontwikkeling van het CMP, namelijk: aandacht voor ketendenken en herdefiniëren van het begrip afval, met als voorwaarde dat downcycling door vervuiling in de keten voorkomen wordt.

Volgens de respondenten zou het CMP de ruimte moeten bieden voor ontwikkeling en innovatie op het gebied van recycling, secundair grondstofgebruik stimuleren en het begrip afval hiervoor uitfaseren. De gedachte ‘iets is afval, tenzij’ moet omgezet worden in de gedachte ‘niets is afval, tenzij’.  Bijvoorbeeld door verplichtingen en restricties op te leggen ten aanzien van onder andere het (her)gebruik en verbranding van materialen.

De verwachtingen zijn hoog gespannen

Volgens de respondenten dient het CMP zich te moeten richten op het belang van de gehele keten, van preventie en ontwerp, tot consumptie, reparatie en hergebruik van grondstoffen. Voor een goede ketensamenwerking is het essentieel dat alle stakeholders in de keten zich gezamenlijk inspannen. Onderlinge verbanden tussen stakeholders wegen steeds zwaarder mee, zowel tussen de producent en verwerker, branchevereniging, als tussen de overheidsinstellingen en de ministeries onderling  en transitieteams en buitenlandse stakeholders. Essentieel is dat hierbij ook de Europese wetgeving aansluit.

Deze ideeën van stakeholders helpen het ministerie in de vervolgstappen die nodig zijn om het CMP1 vorm te geven. Zo kunnen top of mind onderwerpen, potentiële blinde vlekken en kansen voor het CMP worden geïdentificeerd.

In het najaar van 2021 hebben er inmiddels, op basis van de enquête uitslagen, verdiepende sessies plaatsgevonden. Verdere stappen op de weg naar een uiteindelijk CMP zullen gedurende 2022 en 2023 genomen worden. 

Bron: Resultaten enquête Ministerie Infrastructuur en Waterstaat