BEwerken ONLINE

Recyclinggranulaten – kwaliteit deel 7; Het belang van KOMO BRL 2506-1

De bewijsvoering van de kwaliteit van recyclinggranulaat is verdeeld over meerdere bewijsmiddelen. Voor afnemers van deze producten is het niet altijd duidelijk wat ze moeten vragen of wat de documenten betekenen. Toch zijn deze er juist om het makkelijker te maken. 

In een eerder deel van deze serie artikelen is de inhoud en externe controle van het certificaat voor recyclinggranulaten al eens toegelicht. In dit artikel proberen we te ontwarren welke positie dit inneemt in de wirwar van bewijsmiddelen.  

Wet Kwaliteitsborging bouw

In het kader van de Wet Kwaliteitsborging (Wkb) wordt de beschikbaarheid van het certificaat steeds belangrijker. De bouwer is volgens deze wet nadrukkelijk verantwoordelijk voor de door hem verwerkte producten en de verwerking daarvan door onderaannemers. KOMO-gecertificeerde producten maken de kwaliteit aantoonbaar waarbij deze tevens door externe onafhankelijke partijen is geborgd. Dit geeft gemak en op die manier kunnen afnemers hun aansprakelijkheid managen.  

Geschikt voor toepassing

Voordat kon worden gesteld dat de recyclinggranulaten geschikt zijn voor toepassingen als funderingsmateriaal of bijvoorbeeld grindvervanger in beton, is er veel onderzoek gedaan en ervaring opgedaan. Deze kennis is in de vele jaren vastgelegd in normen en standaarden. Daaruit zijn producteisen en testprotocollen ontstaan die in normen en certificaten zijn opgenomen. Het is dan gemakkelijker dat niet al deze kennis is benodigd bij de beoordeling van het product, maar dat er kan worden vertrouwd op een certificaat.  

Wirwar aan bewijsmiddelen

BRL 2506 is de Beoordelingsrichtlijn voor de certificatie van recyclinggranulaat. Deze BRL is in twee delen gesplitst: BRL 2506-1: het KOMO certificaat dat de civieltechnische kwaliteit aantoont en BRL 2506-2: het NL-Bsb certificaat dat de milieukwaliteit aantoont. BRL 2506-2 biedt grote voordelen voor de bedrijfsvoering van de producent en het is vrijwel vanzelfsprekend dat bedrijven en hun afnemers dit certificaat hanteren, alleen al omdat dit rechtstreeks geldt als wettelijk bewijsmiddel voor de milieukwaliteit volgens het Besluit bodemkwaliteit.  

Geaccepteerde kwaliteit

BRL 2506-1 is gebaseerd op geaccepteerde technische standaarden zoals Europese en Nederlandse normen, Standaard RAW Bepalingen, CUR Aanbevelingen. Dit is  erg belangrijk voor de  afnemer om te weten dat het product geschikt is voor de beoogde toepassing. Het certificaat BRL 2506-1 geeft de klant zekerheid van een goede technische kwaliteit. De technische geschiktheid van producten is het grote verschil met de verplichte CE markering dat alleen de productprestatie op zichzelf verklaart. CE markering toont niet aan dat een product geschikt is voor de beoogde toepassing en betekent niet per definitie een hoge productkwaliteit. De afnemer moet bij CE markering zelf controleren of het ontvangen product voldoet. BRL 2506-1 neemt dat probleem weg en sluit daarom het beste aan bij de verplichtingen van de Wet Kwaliteitsborging bouw.  

Einde-afval

Daarbij komt dat puin formeel juridisch gezien afval is. Het komt vrij bij slopen, bouwen, renovatie en productie van steenachtige materialen. Het uit het puin vervaardigde recyclinggranulaat is niet zo maar als einde-afval te beschouwen. De wetgever heeft hier criteria voor opgesteld. Om hieraan te voldoen moet het onder andere aantoonbaar geschikt zijn voor toepassing in de wegen- of betonbouw.  BRL 2506-1 is daarbij een belangrijk hulpmiddel en vult voor een groot gedeelte de einde-afval criteria in.

Vraag bij toepassing van recyclinggranulaten dus altijd om het certificaat BRL 2506-1 en neem geen genoegen met alleen BRL 2506-2 al of niet in combinatie met CE markering. Alleen BRL 2506-1 verzekert de technische kwaliteit die nodig is.